Dictee Tiereliereliere
1. Soms krijg ik de meest wilde ideeën, ze ontstaan als een tierelier: lopen als een tierelier is zeer goed lopen, branden als een tierelier is zeer fel branden. Tiereliere is gek (dat werk is om er tiereliere van te worden) of dronken. Tierelieren (ww.) = 1) een eenvoudig en opgewekt muzikaal geluid doen horen (= kwinkeleren): de vogels tierelieren, de orgels zijn aan het tierelieren en 2) niet algemeen: pret maken, aan de zwier gaan.
2. Maar waar het me om te doen was: ik wilde weleens kijken wat '*iere' bij VD opleverde. Allereerst de Italiaanse woorden (zonder accent grave): condottiere (mv. -i of -es) = aanvoerder van huursoldaten, m.n. in het Italië van de 14e en 15e eeuw, consigliere (mv. -i) = 1) raadsman van de maffia, 2) ongunstig: raadsman in het algemeen, gonfalonniere (mv. -es) = 1) drager van een gonfalon (rooms-katholiek: aan een dwarsstok hangend kerkvaandel met twee of drie slippen), 2) burgemeester, (hopfalderiere = hopsasa en een kanseliere is een vrouwelijke kanselier), piere – alleen in de verbinding: (uitdrukking) in zijn dooie piere eentje = helemaal alleen; vergelijk: zo dood als een pier = aardworm, schmiere = rondtrekkende troep toneelspelers van lage klasse en triëre = oorlogsschip in de oudheid, galei waarin elke riem door drie roeiers gehanteerd werd.
3. De meeste woorden met accent grave komen uit het Frans. Simpele woorden als carrière, volière en barrière laat ik weg. Interessante woorden en uitdrukkingen zijn: à la jardinière = (culinair) met groenten opgemaakt, à la meunière = van vis, ook wel van schelp- en schaaldieren voor het bakken door de bloem gehaald: tong, mosselen, tarbot, schol, rog, forel, visfilet à la meunière, avant-première = voorpremière, blitzcarrière, bloed-hersenbarrière, bonbonnière = o.a. bonbondoosje,
4. boutonnière = in het knoopsgat gedragen bloem of teken van een ridderorde, brassière = beha of jumper, cafetière = koffiepot waarin koffie wordt gezet door grofgemalen koffie met heet water te laten trekken en het koffiedik vervolgens met een filter naar de bodem te verplaatsen, waarna de koffie uitgeschonken wordt, caissière = kassière, cantinière = 1) marketentster, 2) kantinehoudster, kantinemedewerkster, caponnière (kippenhok) = een term uit de vestingbouw,
5. chambrière = rijzweep, soepele stok met een leren riem aan een uiteinde, gebruikt bij het africhten van paarden in de manege, chiffonnière = hoge ladekast, corsetière = korsettenmaakster, costumière = kostuumnaaister, derrière = achterste, billen, douairière = weduwe van adellijken of aanzienlijken huize, en arrière = achterwaarts (antoniem: en avant), ferronnière = zeker voorhoofdssieraad, filière = (handel) reeks van contracten bij termijnaffaires,
6. garçonnière = vrijgezellenwoning, vrijgezellenkamer, garderobière = garderobejuffrouw, gouttière = (grafische industrie) dubbele, parallel lopende haarlijntjes, jardinière = o.a. meubel met een kostbare bloemenvaas of -bak, lavallière = gestrikte das met breed uitlopende einden, ménière = de ziekte van Ménière, molière = lage (heren)schoen met vetersluiting, montgolfière = luchtballon die door verwarmde lucht opstijgt (ook: windbuil),
7. pépinière = boomkwekerij, plafonnière = lamphouder, lampvoet onmiddellijk tegen het plafond, plombière = portie ijs van twee of meer soorten (waarbij vruchtenijs) met gekonfijte vruchten, portière = zwaar gordijn voor deuren of ramen, soms door een koord opgenomen, printanière = (stofnaam) met jonge groenten bereide soep,
8. Salpêtrière = groot oud gebouw in Parijs, gebruikt als vrouwengast- en ziekenhuis, son et lumière = klank-en-lichtspel en tapissière = vanbinnen gecapitonneerde grote verhuiswagen.
9. En à propos: geldt niet voor ieder mens dat hij op sterven na dood is?